Saksische boerderij
Fochteloo
De Saksische boerderijen in Fochteloo hadden duidelijk een Drents kenmerk: een rechte nok van voor tot achter. Van oorsprong is het een langgerekt, driebeukig gebouw met de deel in het midden (zie rechter foto) en de stallen aan weerszijden....
Neem alvast een kijkje
De Saksische boerderijen in Fochteloo hadden duidelijk een Drents kenmerk: een rechte nok van voor tot achter. Van oorsprong is het een langgerekt, driebeukig gebouw met de deel in het midden (zie rechter foto) en de stallen aan weerszijden. Typisch voor het hallehuis is het ankerbalkgebint. De boerderijen waren ooit allemaal met stro of riet gedekt en hadden lemen vakwerkwanden. Latere versies hadden stenen muren.
In het voorste gedeelte bevindt zich doorgaans het woongedeelte, daarachter is dan de deel met de stallen, dat van het voorhuis wordt afgescheiden door een brandmuur. Boven de deel wordt het hooi opgeslagen dat door het hooiluik naar binnen wordt gebracht. Het kan van boven de deel makkelijk in de stallen aan weerszijden van de deel worden gelegd. De stal was soms van het type potstal, soms was er een stal met een grup waar de koeien naast elkaar stonden met de kop naar de deel.
In het hallehuis werd de oogst oorspronkelijk op de zolderbalken bewaard. De meest gebruikte gebintconstructie was sinds de 15e of 16e eeuw het ankerbalkgebint. Daarbij werden de uiteinden van de zolderbalken iets verlaagd tussen de standers aangebracht. Hun uiteinden staken door de stijlen en werden met houten wiggen verankerd. Daardoor werd de zolderruimte groter en kon men – door de afstand tussen de stijlen te vergroten – spaarzamer met het beschikbare bouwmateriaal omgaan.
Het vee kreeg oorspronkelijk een plek in de buitenstijlruimte, met de koppen naar de deel. De meeste boerderijen van het hallehuistype kenmerkten zich ook later door een veestalling, die afweek van datgene wat bij de Noordelijke huisgroep gebruikelijk was. Meestal stonden de koeien met hun achterkant naar de buitenmuur, zodat hier ook de mestgrup te vinden was. Dit type komt met name voor in Zuidoost-Friesland. De oudste boerderijen van het type hallehuis uit de Stellingwerven hadden soms een aangebouwde Friese schuur.
- Afstand tot jouw locatie:
Vergelijkbare plaatsen
Bekijk alles-
Burgumer Mar - Hoogzand - Atsmapolder - Uitkijkheuvel
Burgumer Mar - Hoogzand - Atsmapolder - Uitkijkheuvel -
Windmotor De Veenhoop
Accepteer cookies om deze content te zien.
Windmotor De Veenhoop
-
Noordwolde eerste dorp over land bevrijd
Noordwolde eerste dorp over land bevrijd
In de avond van 11 april 1945 arriveerden eenheden van het Canadese verkenningsregiment Royal Canadian Dragoons bij Dwingeloo, vlak voor de zogenoemde Frieslandriegel. Deze verdedigingslinie was kort daarvoor met inzet van vele Nederlandse dwangarbeiders aangelegd. De linie werd echter nauwelijks bezet en bleek uiteindelijk verkeerd aangelegd. De taak van de Dragoons was om ver voor de rest van de Canadese eenheden de weg te verkennen. En zij constateerden dat de Duitsers in dit gebied nauwelijks nog in staat waren om zich effectief te verdedigen. Mede daarom werd op 11 april besloten om eenheden van de 3e Canadese Infanterie Divisie en ondersteunende eenheden in de volgende dagen een sprong te laten maken naar Leeuwarden. Als de Friese hoofdstad en mogelijk ook de rest van Friesland kon worden ingenomen dan zaten de Duitsers ingesloten in het westen van Nederland. Want ook grote delen van Overijssel en Gelderland waren inmiddels bevrijd. De infanterie moest via Zwolle, Meppel, Steenwijk, Heerenveen naar Leeuwarden optrekken. Om hen zo snel mogelijk in Leeuwarden te krijgen werden allerhande extra voertuigen geregeld. Intussen zouden de Royal Canadian Dragoons en niet veel later ook een ander verkenningsregiment, de Duke of York´s Royal Canadian Hussars, Friesland binnentrekken om daar de geplande hoofdroute te verkennen. En om zoveel mogelijk chaos onder de Duitse verdedigers te stichten.
Dankzij de burgers van het Drentse Dieverbrug werd er een noodbrug over de Drentse Hoofdvaart gebouwd zodat de Canadese voertuigen naar Friesland konden oprukken. In de ochtend van 12 april waren de Dragoons vervolgens de eerste Canadese landeenheid die de provincie Friesland binnentrok. Het dorp Noordwolde was als eerste bevrijd. Hoewel dit eerste Friese dorpje zonder strijd ingenomen kon worden, werd er direct ten noorden van Noordwolde wel kort gevochten. Zo’n twintig Duitsers en Nederlandse handlangers probeerden de Canadezen nog enige tijd op te houden. Na een kort gevecht maakten de Duitsers aldaar zich uit de voeten met achterlating van al hun uitrusting. Anderen waaronder ook tien Nederlandse handlangers van de Landwacht en de Ordnungspolizei werden gevangengenomen.
Maar de allereerste bevrijders, die voet zetten op Fries grondgebied, waren Franse SAS parachutisten van het 3e Régiment de Chasseurs Parachutistes. In de nacht van 7 op 8 april werden iets meer dan 700 van hen gedropt boven Drenthe en Zuidoost Friesland. Zij hadden als taak om de geallieerde grondoperatie te ondersteunen. Dat deden zij door achter de Duitse linies chaos te stichten, bruggen te veroveren en samen met het verzet allerlei operaties uit te voeren. Zij moesten hiermee doorgaan totdat de Canadese grondeenheden hen bereikten. Een klein gedeelte kwam bij Appelscha en Haulerwijk terecht en voerde daar hun missies uit. Hierbij sneuvelde op 8 april de 21-jarige Chasseur de 2e Classe (soldaat 2e klasse) Henri Pintaud.
Routes in de buurt
Bekijk alles-
Historische fietsroute RAAF-dorpen - Fochteloo
Historische fietsroute RAAF-dorpen - Fochteloo(38.2 km)Appelscha -
Historische wandel-/fietsroute RAAF-dorpen
Historische wandel-/fietsroute RAAF-dorpen(65.0 km)Appelscha